Het nationaal-socialisme als rancuneleer: Difference between revisions

From Brongersma
Jump to navigation Jump to search
(Created page with "Het is de <i>gelijkheid</i> als ideaal, die, gegeven de biologische en sociologische onbestaanbaarheid van gelijke menschen, de rancune promoveert tot een macht van den eerste...")
 
No edit summary
 
(2 intermediate revisions by the same user not shown)
Line 1: Line 1:
Het is de <i>gelijkheid</i> als ideaal, die, gegeven de biologische en sociologische onbestaanbaarheid van gelijke menschen, de rancune promoveert tot een macht van den eersten rang in de samenleving; want wie niet gelijk is aan den ander en toch gelijk aan dien ander wenscht te zijn, wordt in deze samenleving niet onder verwijzing naar <i>standen</i> of <i>kasten</i> op zijn nummer gezet, maar hem wordt een premie toegekend! Zijn streven naar gelijkheid wordt theoretisch rechtvaardig geacht, ook door degenen, die er geen oogenblik aan zullen denken practisch iets voor de verwezenlijking van een gelijkheid, die in hun nadeel zou zijn, iets te doen! Ziedaar de groote paradox eener democratische maatschappij, waarin rancune niet alleen aanwezig is, maar ook wordt aangemoedigd als menschenrecht! [...] Wie dus het nationaalsocialisme wil bestrijden, moet in de democratie en het socialisme dezelfde phraseologie bestrijden, die hij ook, en bij uitstek, in het nationaal-socialisme bestrijdt; want het nationaalsocialisme is <i>de volledige emancipatie</i> van het ressentiment, dat in democratie en socialisme aan bepaalde spelregels was gebonden, die het tot op zekere hoogte wisten te 'styleeren'. [...] [H]et met luid gebrul willen wat men in het geheel niet wil, omdat de vervulling de haatmogelijkheden maar weer zou beperken; het onmiddellijk overslaan van het eene gekanker op het andere, wanneer er bij ongeluk toch iets in vervulling gaat, om vooral bij het ressentimentspubliek geen terrein te verliezen [...]. [...] De  strijd tegen het nationaalsocialisme is dan ook hopeloos, wanneer men niet leert inzien, dat de strijd <i>in de eerste plaats</i> moet gaan tegen de idealisering van het ressentiment.... niet <i>alleen</i> onder nationaalsocialisten, maar ook onder democraten en socialisten. [...] Bestrijding van het nationaalsocialisme is dus geenszins identiek met het bestrijden van misstanden; want het ressentiment zal, zoolang het niet in den wortel is aangetast, zich desnoods misstanden <i>scheppen</i> om zich een rechtvaardigend voorwendsel te kunnen verschaffen.<br>
Het is de <i>gelijkheid</i> als ideaal, die, gegeven de biologische en sociologische onbestaanbaarheid van gelijke menschen, de rancune promoveert tot een macht van den eersten rang in de samenleving; want wie niet gelijk is aan den ander en toch gelijk aan dien ander wenscht te zijn, wordt in deze samenleving niet onder verwijzing naar <i>standen</i> of <i>kasten</i> op zijn nummer gezet, maar hem wordt een premie toegekend! Zijn streven naar gelijkheid wordt theoretisch rechtvaardig geacht, ook door degenen, die er geen oogenblik aan zullen denken practisch iets voor de verwezenlijking van een gelijkheid, die in hun nadeel zou zijn, iets te doen! Ziedaar de groote paradox eener democratische maatschappij, waarin rancune niet alleen aanwezig is, maar ook wordt aangemoedigd als menschenrecht! [...] Wie dus het nationaalsocialisme wil bestrijden, moet in de democratie en het socialisme dezelfde phraseologie bestrijden, die hij ook, en bij uitstek, in het nationaal-socialisme bestrijdt; want het nationaalsocialisme is <i>de volledige emancipatie</i> van het ressentiment, dat in democratie en socialisme aan bepaalde spelregels was gebonden, die het tot op zekere hoogte wisten te 'styleeren'. [...] [H]et met luid gebrul willen wat men in het geheel niet wil, omdat de vervulling de haatmogelijkheden maar weer zou beperken; het onmiddellijk overslaan van het eene gekanker op het andere, wanneer er bij ongeluk toch iets in vervulling gaat, om vooral bij het ressentimentspubliek geen terrein te verliezen [...]. [...] De  strijd tegen het nationaalsocialisme is dan ook hopeloos, wanneer men niet leert inzien, dat de strijd <i>in de eerste plaats</i> moet gaan tegen de idealisering van het ressentiment.... niet <i>alleen</i> onder nationaalsocialisten, maar ook onder democraten en socialisten. [...] Bestrijding van het nationaalsocialisme is dus geenszins identiek met het bestrijden van misstanden; want het ressentiment zal, zoolang het niet in den wortel is aangetast, zich desnoods misstanden <i>scheppen</i> om zich een rechtvaardigend voorwendsel te kunnen verschaffen.<br>
<br>
<br>
<i>bron: Uit het boek 'Het nationaal-socialisme als rancuneleer' door Menno ter Braak; www.dbnl.org/tekst/braa002 nati01_01/braa002 nati01_01_0001.php; Van Gorcum & Comp., Assen; 1937</i>
<i>bron: Uit het boek 'Het nationaal-socialisme als rancuneleer' door Menno ter Braak; www.dbnl.org/tekst/braa002nati01_01/braa002nati01_01_0001.php; Van Gorcum & Comp., Assen; 1937</i>


[[Category:Nationaal Socialisme]]
[[Category:Menno ter Braak]]
[[Category:Gelijkheid]]
[[Category:Nationaalsocialisme]]
[[Category:Democratie]]
[[Category:Democratie]]
[[Category:Socialisme]]
[[Category:Socialisme]]
[[Category:Mensenrechten]]
[[Category:Haat]]

Latest revision as of 22:33, 6 September 2016

Het is de gelijkheid als ideaal, die, gegeven de biologische en sociologische onbestaanbaarheid van gelijke menschen, de rancune promoveert tot een macht van den eersten rang in de samenleving; want wie niet gelijk is aan den ander en toch gelijk aan dien ander wenscht te zijn, wordt in deze samenleving niet onder verwijzing naar standen of kasten op zijn nummer gezet, maar hem wordt een premie toegekend! Zijn streven naar gelijkheid wordt theoretisch rechtvaardig geacht, ook door degenen, die er geen oogenblik aan zullen denken practisch iets voor de verwezenlijking van een gelijkheid, die in hun nadeel zou zijn, iets te doen! Ziedaar de groote paradox eener democratische maatschappij, waarin rancune niet alleen aanwezig is, maar ook wordt aangemoedigd als menschenrecht! [...] Wie dus het nationaalsocialisme wil bestrijden, moet in de democratie en het socialisme dezelfde phraseologie bestrijden, die hij ook, en bij uitstek, in het nationaal-socialisme bestrijdt; want het nationaalsocialisme is de volledige emancipatie van het ressentiment, dat in democratie en socialisme aan bepaalde spelregels was gebonden, die het tot op zekere hoogte wisten te 'styleeren'. [...] [H]et met luid gebrul willen wat men in het geheel niet wil, omdat de vervulling de haatmogelijkheden maar weer zou beperken; het onmiddellijk overslaan van het eene gekanker op het andere, wanneer er bij ongeluk toch iets in vervulling gaat, om vooral bij het ressentimentspubliek geen terrein te verliezen [...]. [...] De strijd tegen het nationaalsocialisme is dan ook hopeloos, wanneer men niet leert inzien, dat de strijd in de eerste plaats moet gaan tegen de idealisering van het ressentiment.... niet alleen onder nationaalsocialisten, maar ook onder democraten en socialisten. [...] Bestrijding van het nationaalsocialisme is dus geenszins identiek met het bestrijden van misstanden; want het ressentiment zal, zoolang het niet in den wortel is aangetast, zich desnoods misstanden scheppen om zich een rechtvaardigend voorwendsel te kunnen verschaffen.

bron: Uit het boek 'Het nationaal-socialisme als rancuneleer' door Menno ter Braak; www.dbnl.org/tekst/braa002nati01_01/braa002nati01_01_0001.php; Van Gorcum & Comp., Assen; 1937