Het seksuele leven van de larf - Midas Dekkers
Door: Maarten Admiraal
Midas Dekkers schreef een boek vol krasse beweringen voor een groot publiek. Het boek heet De Larf: Over kinderen en metamorfose en poogt een prettig leesbaar onderzoek te zijn naar de vraag welke rol het kind speelt in de natuur en cultuur. Er komt een hoofdstuk in voor waarin de auteur ingaat op de vraag hoe het staat met het seksuele leven van een kind. Daar vooral ga ik op in.
Het ligt voor de hand een kind als een mens te zien alleen in nog wat kleiner formaat. Dit voor de hand liggende perspectief nu veegt Dekkers van tafel. "Louter door zijn lengte, of beter gezegd door zijn gebrek eraan, is een kind geen mens. Hij kan het wel worden. Maar wat is een kind dan? Je kunt niet iets zijn wat je nog moet worden. Een kind is een wezen op zichzelf. Een kind is geen klein mens. Een kind is een larf." (p.29). Welk een versimpeling. Op zich een kunst dingen te versimpelen maar het moet niet te gek worden. De auteur zet zijn stelling kracht bij door talloze voorbeelden te geven uit de dierenwereld waar het net zo aan toe gaat. In de trant van: Jonge poesjes zijn geen poesjes maar een soort wandelende bontmutsjes etc.
Het is helemaal niet erg om kinderen als andere wezens te beschouwen. In de grond van de zaak is ieder ander mens een ander wezen. Maar Dekkers bedoelt het vanuit het oogpunt van de bioloog te bekijken. Een kind zit heel anders in elkaar dan een volwassene.
Om te weten of een entiteit tot een andere soort behoort zouden we bijvoorbeeld een kenmerkentabel kunnen opstellen waarin onmiskenbare eigenschappen van een wezen onder elkaar worden geplaatst ter bepaling van de soort waartoe het behoort. Zouden we dit doen met het boek van Dekkers in de hand dan zou dat op het kenmerk 'seksueel gericht wezen' voor het kind een - (een min) opleveren en voor een volwassene een + (een plus). Omdat volwassenen seks hebben en alleen volwassenen mensen zijn (Het 8-uur journaal meldde onlangs dat uit zeer recent onderzoek bleek dat zelfs Nederlanders zeer hoog scoren op de kwantitatieve seksladder. Nederlanders doen het maar liefst een keer of 250 per jaar en nemen daarmee na de Fransen de tweede plaats in. En dit terwijl de Singaporezen er "bekaaid" van afkomen met "slechts" 115 keer per jaar, maar dat terzijde), zullen kinderen, omdat ze geen mensen zijn, dus wel geen seks hebben. En inderdaad "Seks is voor een kind als muziek voor een dove.." (p.111) De vraag is natuurlijk: Wat is seks? En ja hoor, voor Dekkers is seks een activiteit die er primair toe lijkt te dienen nageslacht te genereren. "Zoals elke larf dient een kind om groot te worden, niet om kleintjes te maken." (p.115). Met andere woorden: omdat kinderen geen kinderen kunnen verwekken, hebben kinderen ook geen seks. Dus kinderen doen niet aan seks. Wederom een krasse bewering die er makkelijk in gaat. Dan hoeven we ons hoofd daar niet meer over te breken.
Het klassieke idee van de Weense psychoanalyticus Freud behelsde dat een kind een seksuele ontwikkeling in fasen doorliep. De eerste fase is die van de infantiele seksualiteit die uiteenvalt in een orale, een anale en een genitale fase. Het kind ontdekt dan spelenderwijs wat lust is en hij ontdekt ook dat dat erg lekker is. Daarna zou er een latentieperiode optreden. Het kind raakt gecultiveerd en gaat zich niet meer openlijk met zoiets duisters als seksualiteit bezighouden. Volgens Edward Brongersma is er geen sprake van een latentieperiode bij een kind zoals Freud beweerde. Seksualiteit blijft gedurende de hele kindertijd bestaan maar zou vervolgens verdrongen worden. Op deze opvatting van Brongersma gaat Dekkers helaas niet in. Hij kapt de discussie af door te stellen dat Brongersma deze opvatting enkele jaren voor het Dutroux-schandaal ventileerde. En omdat deze zaak de samenleving behoorlijk op zijn kop gezet heeft is een discussie over seksualiteit in de kindertijd tegenwoordig een moreel taboe geworden. Midas Dekkers legt zich daar klakkeloos bij neer.
Zijn opvatting dat kinderen geen seks hebben is dan ook geheel naar de geest van deze tijd. Zou Freud daarom ook onder vuur zijn komen te liggen omdat hij het had over zoiets als infantiele seksualiteit? Het is waar dat Freud net zo sterk was in het doen van krasse beweringen. Bestaat die infantiele seksualiteit a la Freud nu wel of niet? Volgens Dekkers niet omdat we een peuter niet kan vragen naar zijn seksuele leven. Dus: omdat een peuter niet kan reflecteren op zijn seksuele leven heeft hij geen seksueel leven. Goed dan: met enige welwillendheid kan dit nog onderschreven worden maar tegelijkertijd is voorzichtigheid in oordelen wel op zijn plaats. Het is namelijk om dezelfde reden met geen mogelijkheid uit te sluiten dat een peuter wel een seksleven heeft.
Maar dan nu het kind dat al kan praten, kan nadenken, naar school gaat, beslissingen kan nemen etc. Dekkers ontkent niet dat kinderen van die leeftijd (een jaar of 10/11) wel weten wat seks is en dat er prettige kanten aan zitten maar ze zouden er niet zo mee gepreoccupeerd zijn als volwassenen. Ze geven er alleen een heel andere betekenis aan, een veel geringere. Op pagina 128 geeft Dekkers een voorbeeld uit de literatuur. Een man en zijn vriendje liggen in bed verwikkeld in een liefdesspel en dan vraagt de jongen opeens hoe hoog een bepaalde berg is. Dit voorbeeld wordt direct opgepikt als bewijs dat die jongen helemaal niet in seks geïnteresseerd is. Hoe weet hij dat? Moeten sekspartners in bed dan steeds maar op hun activiteit reflecteren? Alsof ze in permanente therapie zijn. Het feit dat een jongen vraagt naar de hoogte van een berg is misschien wel te interpreteren als dat hij seks helemaal niet problematiseert. Bovendien leert hij ook nog wat. Het nuttige met het aangename verenigen, zo denkt die jongen er over. Maar alle gekheid op een stokje. Seks is meer dan alleen maar gericht op doelmatigheid. Dat weet Midas Dekkers toch ook wel?
Toch hamert hij er steeds maar op dat kinderen voor de puberteit geen zin in seks hebben. Net zo weinig als in een goed glas cognac met een sigaar.
Geen zin in seks? Maar wel zin in spelletjes. Ook seksspelletjes. Net als volwassenen zin kunnen hebben in een partijtje volleybal, een potje schaken of een potje seks. Kinderen hebben net zoveel zin in seks voor de pret als volwassenen. Omdat volwassenen moeilijk doen over kinderen en seksualiteit heerst er veel onwetendheid en onzekerheid over seks. Neem de onvolprezen brievenrubriek voor kinderen 'Achterwerk' in de VPRO-gids uit week 45 van het vorige jaar. Daarin schrijft een meisje van 11 jaar dat ze naakt op een beer gaat zitten en dan doet alsof ze het aan het doen is. Ondertussen zegt ze dan rare woorden als 'neuk me' en denkt ze aan haar barbies die het ook aan het doen zijn. Ook heeft ze de aanvechting om met haar vingers in het kruis te gaan. Op 8-jarige leeftijd zat ze bovenop haar vriendin spelend dat zij de man was die op en neer gaat, 'net als bij seks'. Kinderen hebben geen zin in seks? Het meisje denkt dat ze de enige is en ze schaamt zich rot. Hoe zou dat komen? Omdat kinderen geen seks mogen hebben van de volwassenen? Twee weken later een reactie van een 14-jarige jongen die het meisje moed inspreekt. "Er is niks raars aan wat jij doet hoor, een heleboel kinderen en jongeren doen dat (volwassenen ook)". Waar blijven we nou met de opmerking dat kinderen geen zin in seks hebben?
Dekkers schrijft in de laatste cruciale alinea van zijn overigens best leuk geïllustreerde boek: "Je moet je kind niet als een mens behandelen. Dat is het niet. Het is een heel ander wezen. Het is een larf." Kinderen zijn inderdaad (goddank) andere wezens. Er is echter geen enkele reden ze niet als mens te behandelen.
Midas Dekkers: De Larf (Over kinderen en metamorfose). Uitgeverij Contact Amsterdam/Antwerpen 2002. ISBN: 90 254 1296 3
bron: Boekrecensie 'Het seksuele leven van de larf' door Maarten Admiraal; Betreft het boek 'De larf' door Midas Dekkers; OK Magazine, nr. 83/84; januari 2003