Brief aan de politiek

From Brongersma
Jump to navigation Jump to search

Het voornemen van vertegenwoordigers van de Centrale Recherche Informatiedienst (CRI) blijkens een artikel in het Parool van 9 september j.l. om U een demonstratieband met zeer ernstige voorbeelden van kinderporno te tonen, geeft het Algemeen Bestuur van de NVSH aanleiding tot een reaktie. Wij willen beslist niet ontkennen, dat misdrijven als in het Parool-artikel beschreven, zeer ernstig van aard zijn en met kracht bestreden dienen te worden. Echter, men mag niet uit het oog verliezen dat het betreffende hoofddelict het seksueel misbruik is, en niet het daarbij vervaardigen van pornografisch materiaal.

De intentie van de initiatiefnemers, behalve CRI-funktionarissen, ook vertegenwoordigers van de Kinder- en Zedenpolitie te Amsterdam, is blijkens het genoemde artikel een aanscherping van de strafmaat van art. 240b Sr. alsook een strafbaarstelling van het bezit van kinderporno en uitbreiding van opsporingsmiddelen ter zake. Daarbij dient het aan U tonen van bedoeld uniek materiaal blijkbaar daartoe, dat U zodanig geschokt raakt dat U zult willen instemmen met een dergelijke wetswijziging.

Wij verwachten dat U zich voor een dergelijke vorm van manipulatie niet zult lenen. Immers, als iemand - zoals O. de V. of "het monster van de Jura" in het Parool-verhaal - gewelddadige en perverse handelingen heeft verricht met heel jonge kinderen, en daarbij zelf de bewijsvoering levert door dat op video vast te leggen, dan is die persoon aan te pakken op art. 245 Sr. (in geval van 'seksueel binnendringen') respectievelijk art. 247 juncto 248 Sr. In beide gevallen is hij gezien de maximumstraf van 12 jaar gemakkelijk in voorarrest te houden tot zijn onvermijdelijke veroordeling. [...]

bron: Brief aan de leden en plaatsvervangende leden van de vaste 2e Kamercommissie voor Justitie door Drs. M. Willems (Algemeen voorzitter NVSH) namens het Algemeen Bestuur van de NVSH; 1 oktober 1993