De verboden vriendschap
"Terwijl aan het eind van de jaren zeventig positieve geluiden over pedofilie te horen waren, komt seksualiteit tussen volwassenen en kinderen tegenwoordig in de media alleen nog negatief aan de orde," schrijft [Theo] Sandfort in zijn inleiding. "Ik beweer niet dat seksueel misbruik van kinderen niet bestaat, maar je moet ook niet ontkennen dat kinderen een seksueel leven hebben van waaruit ze contact zoeken met volwassenen. Seksualiteit wordt tegenwoordig niet langer geassocieerd met avontuur, plezierige spanning en extase, maar met pijn, angst en gevaar." [...]
"Ook is er natuurlijk de invloed van de vrouwenbeweging, die terecht het verschijnsel van seksueel misbruik heeft aangekaart. Mij is het er absoluut niet om te doen de ernst van seksueel misbruik te ontkennen. Maar nu slaan we langzamerhand door naar de andere kant en wordt seksualiteit van kinderen praktisch genegeerd." [...] "Het idee van veiligheid kan een illusie zijn, want misbruik komt nu ook voor. [Ondanks de 'beschermende' leeftijdsgrens van 16 jaar in de zedenwet.] Er wordt nu te eenzijdig op de gevaren gewezen. Door kinderen meer te beschermen komen ze minder in aanraking met de problemen die bij het leven horen. Ik vind dat kinderen het recht moeten hebben met seksueel contact in te stemmen. In die zin dat de wet zodanig veranderd moet worden dat wanneer kinderen vrijwillig aan sex deelnemen het geen strafbaar feit is." [...]
"Net als in elke relatie kunnen in een pedofiele relatie macht en ongelijkheid een grote rol spelen. Het belangrijkste is wat het kind zelf over dat machtsmisbruik weet te vertellen. Een goeie politieagent krijgt dat boven tafel. Maar ook de jongere beschikt in een pedofiele relatie over macht. Hij kan bij de oudere partner wegblijven of hem het contact onthouden. En aangezien het om een strafbaar feit gaat dat verborgen moet blijven kan de man zelfs door de jongen gechanteerd worden."
bron: Artikel 'De verboden vriendschap' door Paul Boogers; Nieuwe Revu; 5 t/m 12 december 1986