Discussie 'pedofilie' valt of staat met de invalshoek
In haar beschouwing over de kruisiging van pedofielen in Trouw, 24 augustus, refereert Selma Schepel aan dominee Van Drimmelen als de man 'die vorig jaar ontmaskerd werd als een fantast'. Het lijkt of ik de enige Nederlander ben die geen behoefte heeft om op dominee Van Drimmelen te spugen. Een fantast is toch iemand die zichzelf wijsmaakt te zijn wie hij niet is, terwijl Van Drimmelen met zijn (onware) coming out als pedofiel iets zeer concreets beoogde: hij wilde aanschouwelijk maken wat er gebeurt als iemand simpelweg verklaart kinderen mooi en aantrekkelijk te vinden.
Selma Schepel stelt ook dat discussie overbodig want onmogelijk is, omdat het sympathiserende hulpverleners toch nooit zal lukken de pedofiel als een ongelukkig slachtoffer te portretteren. De mensen hebben teveel behoefte om hun haat te projecteren op deze 'monsters'. Echter gaat mevrouw Schepel er vanuit, dat pedofielen sowieso slachtoffers zijn van een verknipte geslachtsdrift. Dit beeld valt wel hoog te houden zolang men de 'pedofielen' maar als absoluut afzonderlijke groep blijft afschilderen. Een discussie die met recht genuanceerd genoemd zou kunnen worden, zou al niet uitgaan van het idee dat er pedo's en niet-pedo's zijn. Men denke aan het evenmin juiste beeld dat mensen ofwel volledig heteroseksueel zijn, ofwel volledig homoseksueel. Psycholoog Theo Sandfort zei lang geleden iets, waar kennelijk niemand aan wil: 'Er zijn ook heel andere indelingen mogelijk van seksuele voorkeuren. Je zou bijvoorbeeld kunnen kijken naar wat mensen precies zoeken in relaties en seksualiteit. Je kunt bijvoorbeeld mensen onderscheiden voor wie lichamelijke schoonheid van de partner het belangrijkste is, of dienstbaarheid in de relatie, of kameraadschap. Deze onderscheiding loopt dwars door de indeling homo/hetero/pedo heen.'
Dit nu is een veel pragmatischer indeling. Men kan zo kijken naar mensen die een agressieve lustbeleving nastreven, en mensen die - net als de meesten - uit zijn op louter tederheid. Men kan kijken naar mensen die er niet voor terugdeinzen, handelingen te verrichten met een lichaam dat er niet geschikt voor is (het penetreren van te kleine lichaamsopeningen bijvoorbeeld), en mensen die - net als de meesten - hun gezonde verstand aanwenden en zich verre houden van die gedragingen die fysieke schade berokkenen. Kijk, deze invalshoek bedreigt de heersende opvatting dat iedereen onder een bepaalde leeftijd ongeschikt is voor de beleving van lichamelijke intimiteit dan wel geestelijke erotische liefde. Deze invalshoek bedreigt de heersende opvatting dat pedofielen zich erin specialiseren, biologisch ontoelaatbare grenzen te overschrijden. Deze invalshoek zou de machtsstructuur van de samenleving overhoop halen. Een discussie blijft inderdaad onvruchtbaar zolang mensen niet bereid zijn, hun conventionele zwart-wit opvattingen aangaande seks, liefde en macht in twijfel te trekken. Dat geldt net zozeer voor mensen in onze maatschappij die op kinderen vallen, aangezien ook zij zijn grootgebracht in de afschrikwekkend simplistische Westerse traditie.
Schepel schrijft over het huwelijk tussen moslimpatroon Mohammed en een zesjarig meisje. Was Mohammed daarmee pedofiel? Alleen in Westerse ogen, want in de cultuur van Mohammed bestond het hele begrip pedofiel niet. In de cultuur van Mohammed was het alleen relevant dat Mohammed macht had en vanuit die machtspositie het recht had om met kinderen te trouwen. Een waarde-inschatting van dit gebruik moet zich niet richten op de vraag 'pedo/niet-pedo?', maar op de vraag of die machtsstructuur billijk was. Zo ook zou men in onze samenleving moeten onderzoeken welke gedragingen en verhoudingen wel of niet door de beugel kunnen, in plaats van mensen op te delen in categorieën van leeftijd en seksuele geaardheid en hen daarna allen over één kam te scheren.
bron: Ingezonden - ongepubliceerde? - brief 'Discussie 'pedofilie' valt of staat met de invalshoek' door 'anoniem'; Trouw; Verstuurd: 24 augustus 2000