Het oproer kraait.... tot de dood ons scheidt?
"Het oproer kraait.... tot de dood ons scheidt? Want er komen andere tijden" zong Boudewijn de Groot enkele jaren geleden. 't Ziet er naar uit, dat de tijdens anders veranderen dan de dichter Bob Dylan hoopte. Dat geldt ook voor Nederland. In het begin van wat we gemakshalve de zestiger jaren zullen noemen was er een tendens die duidde op een zekere verruiming van de algemeen gangbare tolerantie. We lieten ons zelfs niet ontmoedigen door de reactie: het onmogelijk maken van "Zo is het" leek ons een stuiptrekking van een wankelende taboe-maatschappij, het Phil Bloom-incident was tekenend, want we begrepen best, dat de grote verstarring niet in een paar jaartjes doorbroken zou worden. Daarna deden zich verschijnselen voor, waaruit men zou kunnen opmaken dat we wel degelijk bezig waren met een liberalisatie. Zelfs het kabinet De Jong leek niet al te star. Men hield het drug-spook met zachte hand kalm, er werd niet of nauwelijks geramd op de Dam, de uitbrengers van films hanteerden de schaar schaarser zonder dat de censuur ingreep, het porno-blad Suck werd althans op het Spui in Amsterdam vrijelijk verkocht, de invloed van Kabouters en Dolle Mina's werd merkbaar, het kraken van leegstaande panden werd meer en meer "oogluikend" toegestaan, kritische geluiden over het leger en over ons Navo-lidmaatschap werden welwillend genegeerd, kortom, de prikkeldraad-mentaliteit leek een ietsje te verzachten.
Er waren elementen die in deze periode van verzachting sombere voorspellingen deden. Iets als: "Dit gaat de goede kant uit, maar 'rechts' zal terugslaan. Is het vandaag niet, dan is het morgen wel. En de grote groep, de middelmatigheid, is bang voor 'andere tijden'. De invloedsfeer van de vernieuwers is te gering, de reactie volgt vanzelf." Krijgt de hypochonder gelijk? Of is onze ontwikkeling op de terugtocht vanwege de kamerverkiezingen? Met Engeland en Frankrijk voor ogen? Orde en rust, moderen [moderne?] pseudoniemen voor intolerantie... In de herfst van 1970 werd het vlammetje hoop op een toenemende tolerantie op spaar gedraaid. De Dam werd vlak voor het eind van het seizoen "schoon geveegd". Justitie kondigde een "harde lijn" aan ten aanzien van de pornografie. Met duizend man ging de politie een nederzetting van Zuid-Molukkers te lijf, terwijl echte tanks op wacht waren gezet. Het voorlichtingsapparaat werd opnieuw van een nuance ontdaan door de fusie tussen twee liberale kranten. Minister Klompé berispte de VPRO. Als minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk is zij gerechtigd de VPRO te berispen. Iedereen weet waarom die berisping werd uitgedeeld en tegen de tijd dat deze Sextant verschijnt is het incident misschien al zowat vergeten.
Terwijl ik dit schrijf, is de discussie nog in volle gang en ik vraag me in gemoede af, waarom een minister van Cultuur berispt als er sprake is van een uitzending over Sabotage (of valt dat onder het kopje "Maatschappelijk Werk?" Of "Recreatie?"), terwijl ze wekelijks alle culturele redenen ter wereld heeft om Avro of Tros te berispen. 't Is gebeurd en 't kan weer gebeuren. De tweede maatregel die de minister kan nemen is ontzegging van zendbevoegdheid. En met de gesignaleerde huidige tendens is dat geen hersenschim. De berisping heeft twee kanten die allebei even kwalijk zijn. Aan de ene kant zullen de verdedigers van Orde en Rust binnenkort opnieuw vragen om een ministerieel ingrijpen en vooral het corrupt-behoudende deel van ons dagbladwezen, dat in de Tweede Wereldoorlog ook zo'n positieve rol speelde ten aanzien van Orde en Rust, zal niets nalaten om de publieke opinie in deze richting te dwingen. Er is een precedent geschapen, de hetze doet de rest. Aan de andere kant zullen de progressieven in onze omroepwereld steeds harder moeten vechten tegen het verzet van binnen uit. Want ook omroepen en televisie maken is afhankelijk van het consumentengetal. De paar echte goede televisieprogramma's die er zijn, worden riskant voor de omroepverenigingen die ze uitzenden. Het oproer kraait.... tot de dood ons scheidt?
bron: Column 'Het oproer kraait.... tot de dood ons scheidt?' door Jaap Koopmans; In rubriek TEEVEE; Sextant, nr. 12; december 1979