Neurose van hetero's
Het is één van mijn geliefde overtuigingen dat het, overigens nauwelijks te grijpen, begrip volwassenheid nogal wat te maken heeft met 'polyseksualiteit'. Een werkelijk 'gerijpt' mens kan met zijn seksualiteit alle kanten op. Wanneer hij het heteroseksuele gedragspatroon kiest, wil dat alleen maar zeggen dat hij de meest voor de hand liggende weg neemt. Voor het overige kan hij op alles 'verliefd' worden, je hebt wel van die naturen, ik kan jaloers op ze zijn, ze kunnen in vervoering raken bij een klank, een bloem, een uitzicht, een relikwie. Wat dat betreft zit er in al ons handelen een erotische dimensie, of hoe zouden we het aaien van een poes, het genieten van muziek, het nippen aan een glas likeur, enz. enz. anders moeten interpreteren? Ik durf de stelling aan dat in elke uitgesproken eenzijdige seksuele voorkeur iets dat men een neurose zou kunnen noemen schuilgaat. In het leven van de bevooroordeelde moeten zich gebeurtenissen en omstandigheden hebben voorgedaan, die hem (of haar) onbewust een andere dan zijn uiteindelijke seksuele gerichtheid hebben doen afschrijven. Het moet zo zijn dat een niet voor het besef ontvankelijke angst voor andere variëteiten van seksuele bevrediging tot dwangmatige eenzijdigheid in het seksuele gedrag heeft geleid.
bron: Ingezonden brief 'Neurose van hetero's' door W. Top; Sextant, nummer 6; juni 1968