De homocaust - De nazi-vervolging van homoseksuelen
Adolf Hitler werd rijkskanselier op 30 januari 1933. Op 23 februari vaardigde hij tegelijk een algeheel verbod op pornografie uit en stelde hij homo-organisaties buiten de wet. [...]
Heinrich Himmler, een rabiate homohater, werd hoofd van de politie en richtte de Gestapo op. Op 6 mei 1933 bestormden S.A.-milities [Magnus] Hirschfelds [homoactivist] instituut en sloegen de inboedel kort en klein. Hirschfeld woonde op dat ogenblik in Frankrijk een congres bij en bleef ongedeerd, maar zijn uitgebreide bibliotheek werd op een brandstapel gegooid. Hij zou nooit meer terugkeren naar Duitsland en overleed in Frankrijk in 1935. Verscheidene medewerkers van het instituut werden gearresteerd. Gelukkig had het Wetenschappelijk-humanitair Comité tijdig de ledenlijsten kunnen vernietigen; andere homo-organisaties waren echter niet zo voorzienig geweest. Samen met de fichiers van de recherche, waren de ledenlijsten en abonneebestanden van de homogroepen de basis voor latere arrestaties. In de zomer van hetzelfde jaar viel de S.A. overal in Duitsland homobars binnen. Rond '38 waren alle homobars verdwenen.
bron: Artikel 'De homocaust - De nazi-vervolging van homoseksuelen' door Mark Sergeant; ZiZo nr. 5; juli/augustus 1994