Leeftijdsgrenzen - Tussen zedenangst en liberalisering

From Brongersma
Jump to navigation Jump to search

Op de eerste avond was Roelof Haveman onze gast, docent strafrecht aan het Pompe-Instituut van de Universiteit van Utrecht. In een eerste schets gaf hij aan hoe de wetgeving in Nederland met betrekking tot seksueel contact met kinderen er tot nu toe uitzag. Samengevat betekent dat in ieder geval dat er sinds 1886 niets fundamenteels is veranderd. Volgens de ontwikkeling van de opvattingen over kinderen; tot grofweg 1750 worden kinderen gezien als kleine volwassenen en is de seksuele moraal ten aanzien van kinderen ongelofelijk vrij. Daarna verandert er veel. Kinderen worden apart gezet van volwassenen, hetgeen zich onder andere uit in het verbod op kinderarbeid, de leerplichtwet, een milder strafrecht voor kinderen en de toenemende onderdrukking van seksualiteit bij kinderen. [...]

Aan Dirk K. [edit] [Bestuurscommissie Politiek van het landelijk COC en van de Vereniging MARTIJN, spreker op de tweede avond:] de vraag hoe hij de houding in COC-afdelingen ten aanzien van pedofilie inschat. Op het landelijk wordt er vrij open met de zaken omgegaan, ook tussen mannen en vrouwen, waar deze nog wel eens scherpe meningsverschillen willen hebben. [...]

Over de rol van de wetgeving in seksuele handelingen met minderjarigen: [Haveman] pleit ervoor te zoeken naar niet-strafrechtelijke reactiemechanismen, zoals bijvoorbeeld het civielrecht waarin niet de overheid en een burger, maar twee burgers tegenover elkaar staan. Strafrecht is nu eenmaal een vrij bot en ongenuanceerd middel om in gecompliceerde situaties toe te passen; beter kun je dan alternatieve mechanismen zoeken die meer recht doen aan de beoordeling van het betreffende geval. [...]

[NVSH-bestuurslid] Goslinga signaleert twee aspecten van de 'seksuele revolutie' die aan het verslechterde klimaat hebben bijgedragen. Ten eerste bracht de toegenomen bespreekbaarheid van seksuele ervaringen van jongeren ook de negatieve ervaringen op dat gebied aan het licht. Daarnaast veroorzaakte het misverstand dat nu 'alles mocht' een tegenreactie. Helaas is de trend in de jaren '80 dat criminalisering optreedt van gedrag dat 'tegen de goede zeden is', en dat is niet hetzelfde als gedrag waarvan is aangetoond dat het schadelijk is voor jongeren.

bron: Artikel 'Leeftijdsgrenzen - Tussen zedenangst en liberalisering' door Peter Versteeg (COC-wg. Politiek); Betreft forum over kinderseksualiteit en leeftijdsgrenzen georganiseerd dppr COC- en NVSH-afdelingen; OK Magazine, nummer 26; augustus 1990, Eerder gepubliceerd in PINK (COC-blaadje afdeling Nijmegen); maart 1990