Op zoek naar leiderschap - Regeren na de revolte
De tegengestelde redenering legt meer nadruk op de verstoorde trias politica. Met de scheiding tussen de rechterlijke macht en de overige twee mag niet zoveel mis wezen, dat is anders in het geval van de uitvoerende en de wetgevende macht. Die twee zijn al te veel verweven geraakt. Het monisme in de verhouding tussen de regering en de regeringsgezinde fracties in het Nederlandse parlement toont dat. Daarmee hebben politici ook het zicht verloren op een aantal basale noties over het voorkomen van de tirannie van de meerderheid, het gevaar dat in elke democratie op de loer ligt. [...]
Volgens [Arie] Van der Zwan [emeritus hoogleraar commerciële economie en marktonderzoek] lijden politici evenwel in toenemende mate onder het misverstand dat zij als volksvertegenwoordigers ook de mond van het volk zijn. Zij dienen slechts uit te spreken wat de meerderheid van het volk wil. Dat vergt van hen dat ze eerst goed luisteren om vervolgens, op grond van wat ze te horen hebben gekregen, een opvatting te formuleren. Van der Zwan meent dat politici dan niet zozeer democratische leiders als wel 'procesmanagers' zijn. [...]
[Van der Zwan:] 'Wouter Bos is een opvallende exponent van die ontwikkeling. Hij beschouwt zich niet als iemand die de opvattingen van een politieke partij vertolkt en daarvoor aanhang werft. Hij ziet zich als een procesmanager. Geen leider maar een manager. Hij weet zelf niet waar het naar toe moet. Dat weet hij pas als hij het proces heeft geleid en goed heeft geluisterd naar wat daarin naar voren komt. Bos zelf gebruikt het woord "procesmanager" ook. En hij gaat er prat op.' [...]
[Hans Daalder (emeritus hoogleraar in de wetenschap der politiek):] 'Ten tijde van de opmars van de nieuwe vrijgestelden en de revolutie eind jaren zestig, begin zeventig, heb ik gezien welke ellende we op de hals kunnen halen met een beweging die wars is van alle waarden van een constitutioneel stelsel. Al die experimenten met directe democratie, vooral in delen van de universiteiten en hogescholen, kwamen erop neer dat wat 'de' groep of 'de' vergadering besloot goed was, ook al ervoeren individuele leden dat anders. [...]
Democratie houdt niet alleen de mogelijkheid tot deelname in, maar ook rechtsbescherming van degenen die zich liever afzijdig houden. Bescherming tegen de participanten die alleen omdat zij wel en de anderen niet deelnemen, menen dat ze hun eigen wil mogen doorzetten.'
bron: Uit het boek 'Op zoek naar leiderschap - Regeren na de revolte' door Paul 't Hart & Marcel ten Hooven; De Balie Amsterdam; 2004